This is a list of publications on word order variation in verb clusters in Dutch that contain one finite and one non-finite verb. The list contains references to both functional and formal work on the topic.
Arfs, M. (2003). Rood eller groen? Om den interna ordföljden hos verbkomplex i bisatser i modern nederländska. In: Langue.doc http://hdl.handle.net/2077/25.
Arfs, M. (2007). Rood of groen? De interne woordvolgorde in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen met een voltooid deelwoord en een hulpwerkwoord in bijzinnen in het hedendaags Nederlands. Göteborg: Acta Universitatis Gothoburgensis.
Arfs, M. (2007). Rood of groen? De interne woordvolgorde in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen in Nederlandse bijzinnen. In: J. Fenoulhet e.a. (reds.), Neerlandistiek in contrast. Gent: IVN, 223-245.
Bakker, D.M. (1977). De links-van-relatie in werkwoordsgroepen. In: Spektator 6, 378-380.
Bakker, D.M. (1978). Volgorde in werkwoordsgroepen. In: De Nieuwe Taalgids 71, 479-483.
Boonen, U. (2007). Syntactische variatie in 13de- en 14de-eeuwse oorkonden: Rood en groen in de adresformule. In: Handelingen van de Koninklijke Commissie voor Toponymie en Dialectologie 79, 165-194.
Bouma, G. & G. van Noord (1994). A lexicalist account of the Dutch verbal complex. In: G. Bouma e.a. (reds.), Papers from the Fourth CLIN Meeting. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 17-31.
Bouma, G. & G. van Noord (1995). Dutch verb clustering without verb clusters. In: P. Blackburn e.a. (reds.), Specifying syntactic structures. Stanford: CSLI Publications.
Bouma, G. & G. van Noord (1998). Word order constraints on verb clusters in German and Dutch. In: E. Hinrichs e.a. (reds.), Complex predicates in nonderivational syntax. Academic Press.
Burridge, K. (1993). Syntactic change in Germanic. Aspects of language change in Germanic with particular reference to Middle Dutch. Amsterdam: John Benjamins pubishing company.
Claes, F. (1992). Bijzinsvolgorde in oude Diesterse teksten. In: Taal en Tongval 44, 67-70.
Coussé, E. (2003). Volgordevariatie en herinterpretatie van de tweeledige werkwoordelijke eindgroep in de bijzin. In: Taal en Tongval 55, 138-156.
Coussé, E. (2006). De historische wortels van volgordevariatie in het hebben-perfectum. In: Taal en Tongval 58, 250-277.
Coussé, E. (2007). Boekbespreking van Gert De Sutter "Rood, groen, corpus! Een taalgebruiksgebaseerde analyse van woordvolgordevariatie in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen". In: Nederlandse Taalkunde 12 (1): 87-91.
Coussé, E. (2007). Werkwoordsvolgorde in geuren en kleuren. In: Neerlandia / Nederlands van Nu 111: 37-39.
Coussé, E. (2008). Motivaties voor volgordevariatie. Een diachrone studie van werkwoordsvolgorde in het Nederlands. Ongepubliceerd proefschrift Universiteit Gent. Gent.
Coussé, E. (2008). Werkwoordsvolgorde. De kameleon van de Nederlandse taal. In: Over Taal 47 (3): 73-75.
Coussé, E., M. Arfs & G. De Sutter (2008). Variabele werkwoordsvolgorde in de Nederlandse werkwoordelijke eindgroep. Een taalgebruiksgebaseerd perspectief op de synchronie en diachronie van de zgn. rode en groene woordvolgorde. In: G. Rawoens (ed.) Taal aan den lijve. Het gebruik van corpora in taalkundig onderzoek en taalonderwijs. Gent, Academia Press: 29-47.
Coussé & De Vogelaer (2006). De Antwerpse connectie. De rol van het Antwerps in de verspreiding van Noord-Nederlands in Vlaanderen. In: J. De Caluwe & M. Devos (reds.) Structuren in talige variatie in Vlaanderen. Gent: Academia Press, 79-90.
De Cubber, W. (1986). "wat er den dag te voren is voorgevallen te Lokeren". Bijdrage tot de studie van de dubbele werkwoordgroep. In: M. Devos e.a. (reds.), Vruchten van z'n akker. Gent: Rijksuniversiteit Gent, 63-78.
De Hoop, H. & P. Smabers (1987). Rood of groen. Een normenonderzoek naar enkele stijlverschillen tussen gesproken en geschreven taal. In: De Nieuwe Taalgids 80, 287-302.
De Meersman, A. (1975). De plaatsing in de bijzin van enkele hulpwerkwoorden en de aanvullende infinitief in 13de-eeuwse Gentse teksten. In: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letterkunde 85, 234-254.
De Meersman, A. (1983). De structuur van de bijzin in de Grote Enqueste (1389): woordvolgorde en andere syntactische verschijnselen in 14de-eeuws Brabants. Ongepubliceerd proefschrift Universiteit Gent. Gent.
De Meersman, A. (1990). Bijzinsvolgorde in tweeledige ww-groepen. Een verkennende historische schets. In: Taal en Tongval Themanummer 3: Dialectsyntaxis, 152-185.
De Rooij, J. (1986). Waarom het naamwoordelijk gezegde groen blijft. In: Onze taal 55, 142-144.
De Schutter, G. (1964). De dubbele werkwoordgroep in het Nederlands. In: Studia Germanica Gandensia 6, 45-84.
De Schutter, G. (1976). De bouw van de Nederlandse zin. Beschrijving en voorstel tot beregeling. In: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal en Letterkunde.
De Schutter, G. (1991). Syntactische verklaring voor werkwoordvolgordes. In: De Nieuwe Taalgids 84, 312-319.
De Schutter, G. (1996). De volgorde in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen met voltooid deelwoord in spreek- en schrijftaal. In: Nederlandse Taalkunde 3, 207-220.
De Schutter, G. (2005). De tweeledige werkwoordelijke eindgroep: object van taalzorg? In: P. Hilligsmann e.a. (reds.), Woord voor woord, Zin voor zin. Liber Amicorum voor Siegfried Theissen. Gent: KANTL, 97-108.
De Sutter, G. (2005). Rood, groen, corpus! Een taalgebruiksgebaseerde analyse van woordvolgordevariatie in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen. Proefschrift Katholieke Universiteit Leuven. Leuven: Departement Linguistiek.
De Sutter, G. (2007). Naar een corpusgebaseerde, cognitief-functionele verklaring van de woordvolgordevariatie in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen. In: Nederlandse Taalkunde 12, 302-330.
De Sutter, G. (2007). De werkwoordpuzzel: over de groene en rode volgorde. Over Taal.
De Sutter, G. (2009). Towards a multivariate model of grammar: the case of word order variation in Dutch clause final verb clusters. In: A. Dufter e.a. (reds.) Describing and Modeling Variation in Grammar. Berlin: Mouton.
De Sutter, G., D. Speelman & D. Geeraerts (2005). Regionale en stilistische effecten op de woordvolgorde in werkwoordelijke eindgroepen. In: Nederlandse Taalkunde 10, 97-128.
De Sutter, G., D. Speelman & D. Geeraerts (2007). Luisteren schrijvers naar hun innerlijke stem? De invloed van ritmische factoren op de woordvolgorde in geschreven werkwoordelijke eindgroepen. In: Neerlandistiek.nl 7, 1-24.
De Sutter, G., D. Speelman & D. Geeraerts (2008). Prosodic and syntactic-pragmatic mechanisms of grammatical variation: The impact of a postverbal constituent on the word order in Dutch clause final verb clusters. International Journal of Corpus Linguistics 13/2, 194-224.
De Sutter, G., D. Speelman, D. Geeraerts & S. Grondelaers (2003). Woordvolgordevariatie in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen. Naar een statistische evaluatie van zes factoren. In: Koole e.a. (reds.), Artikelen van de vierde sociolinguistische conferentie. Delft: Eburon, 111-121.
Den Besten, H. & H. Broekhuis (1989). Woordvolgorde in de werkwoordelijke eindreeks. In: Glot 12, 79-137.
Den Besten, H. & J. Edmonson (1983). The verbal complex in Continental West Germanic. In: W. Abraham (red.) On the formal syntax of the Westgermania. Amsterdam: Benjamins, 155-216.
Duinhoven, A.M. (1998). Concurrerende volgordepatronen in de werkwoordgroep. In: Nederlandse Taalkunde 3, 96-119.
Evers, A. (1975). The transformational cycle in Dutch and German. Proefschrift Rijksuniversiteit Utrecht.
Evers, A. (2003). Verb clusters and cluster creepers. In: P. Seuren & G. Kempen (reds.), Verb constructions in German and Dutch. Amsterdam: Benjamins, 43-89.
Gerritsen, M. (1992). Internal and external factors in the stabilization of verb-last order in Dutch infinitive clauses. In: M. Gerritsen e.a. (reds.), Internal and external factors in syntactic change. Berlin: Mouton de Gruyter, 355-394.
Haegeman, L. & H. van Riemsdijk (1986). Verb projection raising, scope and the typology of rules affecting verbs. In: Linguistic inquiry 17, 417-466.
Haeseryn, W. (1990). Syntactische normen in het Nederlands. Een empirisch onderzoek naar volgordevariatie in de werkwoordelijke eindgroep. Proefschrift Katholieke Universiteit Nijmegen. Nijmegen.
Hartsuiker, R.J. & C. Westenberg (2000). Word order priming in written and spoken sentence production. In: Cognition 75, B27-B39.
Heersche, J.P.G. (1991). Syntactische verschijnselen in het Vroegmiddelnederlands. Een onderzoek naar de bouw van begin- en eindgroep in Vroegmiddelnederlands ambtelijk proza. Proefschrift Universiteit van Amsterdam.
Kaplan, R.M. & A. Zaenen (2003). West-Germanic verb clusters in LFG. In: P.A.M. Seuren e.a. (reds.), Verb constructions in German and Dutch. Amsterdam: John Benjamins publishing company, 127-150.
Kempen, G. & K. Harbusch (2003). Dutch and German verb constructions in Performance Grammar. In: P.A.M. Seuren e.a. (reds.), Verb constructions in German and Dutch. Amsterdam: John Benjamins publishing company, 185-221.
Marynissen, A. (1999). ... allen dengenen die dese letteren sien selen / selen sien ende horen lezen ... Over volgordevariatie in de werkwoordelijke eindgroep in de Middelnederlandse bijzin. In: Taal en Tongval Themanummer 12. De verschriftelijking van het Nederlands, 136-158.
Meeussen, A.E. & V.F. Vanacker (1951). De dubbele werkwoordgroep. In: De Nieuwe Taalgids 44, 36-50.
Michels, L.C. (1959). Op de grens van copula en hulpwerkwoorden. In: Taal en Tongval 11, 206-212.
Pardoen, J. (1991). De interpretatie van zinnen met de rode en de groene volgorde. In: Forum der Letteren 32, 1-20.
Pardoen, J. (1993). The word order of final elements in Dutch: free variation or meaningful organisation? In: R. Kirsner (red.), The Low Countries and beyond. Lanham: University Press of America, 71-83.
Pauwels, A. (1953). De plaats van hulpwerkwoord, verleden deelwoord en infinitief in de Nederlandse bijzin. Deel I - Tekst. Deel II - Kaarten. Leuven: Drukkerij M. & L. Symons.
Pauwels, J.L. (1970). Statistisch onderzoek naar de Nederlandse zinsbouw. In: De Nieuwe Taalgids Van Haeringennummer, 93-100.
Sassen, A. (1963). Endogeen en exogeen taalgebruik. In: De Nieuwe Taalgids 56, 10-21.
Schuurman, I. & A. Wierenga (1990). Het Gronings: 'Verb-raising' in soorten en maten. In: Taal en Tongval Themanummer 3: Dialectsyntaxis, 74-86.
Seuren, P.A.M. (2003). Verb clusters and branching directionality in German and Dutch. In: P.A.M. Seuren e.a. (reds.), Verb constructions in German and Dutch. Amsterdam: John Benjamins publishing company, 247-296.
Sterenborg, W. (1993). De plaats van het voltooid deelwoord. In: Onze taal 62, 67-68.
Stroobants, K. (1997). Noord/Zuid-verschillen in de taal van de reclame. In: Taal en tongval 49, 140-151.
Stroop, J. (1970). Systeem in gesproken werkwoordgroepen. In: Taal en Tongval 22, 128-147.
Sturm, A. (1990). Een syntactische verklaring voor de rode en groene volgorde. In: De Nieuwe Taalgids 83, 385-404.
Swerts, M. (1998). Ritme als verklarende factor voor de keuze tussen groene en rode werkwoordsvolgorde in het Nederlands. In: Nederlandse Taalkunde 3, 299-308.
Swerts, M. & R. Collier (2000). Preferentieoordelen van luisteraars voor uitingen met groene of rode werkwoordsvolgorde. In: S. Gillis e.a. (reds.), Met taal om de tuin geleid. Opstellen voor Georges De Schutter. Antwerpen: Reprografie van de Universitaire Instelling Antwerpen, 311-316.
Swerts, M. & C. van Wijk (2005). Prosodic, lexico-syntactic and regional influences on word order in Dutch verbal endgroups. In: Journal of Phonetics 33, 243-262.
Taeldeman, J. (2005). Variatie (o.a. NOORD vs. ZUID) in vijf grammaticale variabelen. In: P. Hilligsmann e.a. (reds.), Woord voor woord, Zin voor zin. Liber Amicorum voor Siegfried Theissen. Gent: KANTL, 357-374.
Van den Berg, B. (1949). De plaats van het hulpwerkwoord in de voltooide tijden in de Nederlandse bijzin. In: Taal en Tongval 1, 155-165.
Van der Horst, J.M. (1993). Rode en groene volgorde en analytische taalkunde. In: Voortgang 14, 187-197.
Van der Horst, J.M. (2000). Rood licht voor groen. In: Nederlands van Nu 48, 92-94.
Van Dreumel, S. & P.-A. Coppen (2003). Surface analysis of the verbal cluster in Dutch. In: Linguisics 41, 51-81.
Van Leuvensteijn, J.A. (1987). De werkwoordgroep in Gouds taalgebruik uit de 14de en 16de eeuw. In: Taal en Tongval 39, 1-20.
Vanacker, V.F. (1958). De plaatsing van enkele hulpwerkwoorden in de Aalsterse bijzin (1457-1700). In: Pée e.a. (reds.), Album Edgard Blancquaert. Tongeren: Michiels, 249-252.
Vanacker, V.F. (1963). Syntaxis van gesproken taal te Aalst en in het land van Aalst in de XVde, de XVIde en de XVIIde eeuw. Brussel: Belgisch interuniversitair centrum voor Neerlandistiek.
Verhasselt, J. (1961). Verschillen tussen noord en zuid inzake de volgorde hulpwerkwoord - hoofdwerkwoord. In: Taal en Tongval 13, 153-157.
Willemsen, R. (1978). Kleur bekennen. In: Taal en Tongval 30, 179-183.
Zuckerman, S. (2001). The acquisition of 'optional' movement. Groningen.
Zwart, J.-W. (1994). Dutch is head initial. In: The Linguistic Review 11, 377-406.
Zwart, J.-W. (1996). Verb clusters in Continental West Germanic dialects. In: J.R. Black e.a. (reds.), Microparametric syntax and dialect variation. Amsterdam: John Benjamins publishing company, 229-258.